Vannacht lag ik, zoals wel vaker, een uurtje prettig wakker. Daar is niks mis mee, ik maak dan plannetjes. Goede en slechte. De meeste worden nooit gerealiseerd, maar die van vannacht ga ik waarmaken. Ik heb me voorgenomen om iemand elke dag een kaartje te sturen. Een kaartje met een (kort) gedichtje. “Rijmelarij van likmevestje” , zoals een zingende zwager ooit reageerde. Hij vond het gedichtje duidelijk minder geslaagd en prozatechnisch had hij vast wel gelijk. Ik ga proberen dit projectje vol te houden zolang als nodig is. Het kan mij niet lang genoeg duren. Vandaag is het eerste kaartje op de bus gegaan…
Dit is de eerste in een rij
best kans dat het je verwondert,
handgeschreven rijmelarij,
hopelijk halen we de honderd.
Zo’n kutkaartje helpt jou geen moer,
net zo min als drank of lekkernijen,
het is aanstellerig, niet stoer,
’t helpt hoogstens onze Posterijen.
Misschien is bellen beter, of vaker op bezoek gaan. Wie zal het zeggen. Ik ga hem een beetje stalken met ongevraagde en nauwelijks opbeurende rijmelarij per ansichtkaart. De persoonlijke coupletjes gaan u niks aan, maar de meest nietszeggende zal ik met u delen. Ook u heeft er niets aan, maar het gaat om de aandacht, toch?